Oogonderzoek
Oogonderzoek
Het oogonderzoek wordt aangepast aan uw persoonlijke situatie. Op indicatie worden diverse onderzoeken uitgevoerd zoals bijvoorbeeld een OCT-scan, oogdrukmeting, spleetlamponderzoek en fundusfoto’s. Bij een oogonderzoek screenen we op veelvoorkomende (familiaire) oogaandoeningen, zoals glaucoom (hoge oogdruk), maculadegeneratie (veroudering netvlies), maculopathie (afwijkingen aan de gele vlek), diabetische retinopathie (suikerziekte), hypertensieve retinopathie (bloeddruk), cataract (staar) en overige oogaandoeningen.
Aandachtspunt
Soms worden er pupilverwijdende oogdruppels gebruikt waardoor u gedurende ongeveer 2 uur minder scherp ziet. Autorijden na dit onderzoek wordt dan ook sterk afgeraden. Ook is het raadzaam een zonnebril mee te nemen i.v.m. lichtgevoeligheid van de ogen na het druppelen.
Ieder onderzoek begint met een anamnese, dit is een vragenlijst omtrent medicatiegebruik, aanwezigheid van allergieën, oogheelkundige voorgeschiedenis en familiaire oogheelkundige voorgeschiedenis.
Hieronder kunt u lezen wat de verschillende onderzoeken inhouden.
Netvliesscan (OCT-scan)
De afkorting OCT staat voor Optical Coherence Tomography. Door middel van deze techniek kunnen we dwarsdoorsneden van het oog maken. Met een OCT- scan is het mogelijk om een zeer gedetailleerde opname te maken van het netvlies. Een OCT-scan is uitermate geschikt om aandoeningen aan het netvlies in kaart te brengen. Doordat de scan tot de diepere lagen van het netvlies reikt kan men hiermee onderscheid maken in bv. de droge- en natte vorm van maculadegeneratie en/of overige aandoeningen van de macula (gele vlek) in beeld brengen. Daarnaast wordt de OCT- scan gebruikt t.b.v. glaucoom screening of wanneer er een onverklaarbare gezichtsvermindering aanwezig is.
Netvliesfoto (fundusfoto)
Op een netvliesfoto is de binnenzijde van uw oog te zien. Het netvlies bestaat uit o.a. bloedvaten (aders en slagaders), de macula (gele vlek) en de oogzenuw (zenuwbundel richting de hersenen).
Een netvliesfoto wordt gemaakt bij het screenen op:
1. diabetische retinopathie (suikerziekte)
2. hypertensieve retinopathie (hoge bloeddruk)
3. glaucoom (oogzenuw vastleggen)
Het onderzoek is pijnloos en duurt ongeveer 10 minuten. In de meeste gevallen is het nodig dat de optometrist u oogdruppels toedient om goede foto’s te kunnen maken. De oogdruppels maken uw pupillen wijd waardoor u gedurende ongeveer 2 uur minder scherp ziet en kunt u last hebben van het licht. Gebruik zo nodig een zonnebril. Autorijden na dit onderzoek wordt dan ook sterk afgeraden.
Spleetlamponderzoek
De spleetlamp geeft een smalle, felle lichtstraal. Hiermee bekijken we het voorste – en achterste deel van uw oog.
Systematisch bekijken we:
– de oogleden, bindvlies (conjunctiva);
– het hoornvlies (cornea);
– de voorste oogkamer;
– het regenboogvlies (iris);
– de ooglens, het glasvocht;
– het netvlies (retina), de oogzenuw (papil), de gele vlek (macula).
Met een vergroot lensje (+90 dpt) kunnen alle details van het netvlies goed zichtbaar gemaakt worden.
Gezichtsscherpte
Bij dit onderzoek wordt onderzocht hoeveel zicht (ofwel ‘visus’) u heeft. Een zicht van 1.0 (ook wel 100% genoemd) wordt afgegeven als normaal. De gezichtsscherpte wordt gemeten met uw eigen bril of contactlenzen. Mocht deze minder dan 1.0 zijn, dan wordt er een oogmeting verricht om het maximale zicht te verkrijgen, dit noemt men een subjectieve refractie.
Aandachtspunt
Iedereen heeft zijn eigen maximale zicht. Er zijn altijd mensen die standaard verder komen dan een zicht van 1.0 of juist minder zien dan 1.0. De visus kan bv. lager zijn vanaf jongs af aan of door bepaalde medicatie, pathologie, overig. Een visus is een indicatie over de gezondheid van het oog.
Oogdruk
De oogdruk wordt uitgedrukt in mmHg (millimeters kwikdruk). De oogdruk kan gemeten worden op diverse manieren; met een luchtpufje (ook wel de ‘non-contact tonometrie’ genoemd) of door middel van een plastic dopje wat het hoornvlies een klein beetje indrukt (ook wel de ‘applanatie tonometrie’ genoemd).
Deze laatste methode mag alleen uitgevoerd worden door optometristen en oogartsen. De non-contact tonometrie wordt door opticiens uitgevoerd.
Alleen een oogdruk meten geeft echter geen duidelijkheid over goed of slecht, hiervoor zijn meerdere onderzoeken nodig, waaronder het meten van de hoornvliesdikte.
Hoornvliesdikte
Met behulp van dit onderzoek is het mogelijk om de dikte van het hoornvlies te bepalen. Dit is vooral van belang bij mensen met een verhoogde kans op glaucoom (familiair belast). Bij dit onderzoek wordt er een verdovingsdruppel gegeven omdat een klein oppervlak tegen het hoornvlies wordt geplaatst. Gezien het hoornvlies erg gevoelig is wordt er een druppeltje verdoving gegeven, deze werkt ongeveer een ½ uur, het zicht blijft helder.
Gonioscopie
Gonioscopie is het beoordelen van de kamerhoek. Om te kunnen vaststellen om welke type glaucoom het gaat is de beoordeling van de kamerhoek onontbeerlijk.
Bij dit onderzoek wordt, na verdoving van het hoornvlies met oogdruppels, een speciaal contactglas met een gel op het oog geplaatst. Met behulp van de microscoop kan er dan via een spiegel in dit contactglas naar de kamerhoek worden gekeken.
Cycloplegische refractie (objectieve refractie)
Een cycloplegische refractie is een oogmeting waarbij oogdruppels gebruikt worden in beide ogen. Deze druppels hebben een inwerktijd van een ½ uur en zorgen ervoor dat ogen tijdelijk niet meer kunnen accommoderen (focussen). Kinderen, maar soms ook volwassenen, kunnen namelijk erg goed accommoderen, dit betekent dat de ogen onbewust een verkramping vasthouden. Deze speciale oogdruppels maken het mogelijk om een nauwkeurige oogmeting te verkrijgen.
Aandachtspunt
Het zicht blijft gedurende 1 ½ dag wazig (mn. nabij) en de ogen zijn lichtgevoelig. Autorijden wordt dan ook sterk afgeraden en het is prettig als u een zonnebril meeneemt.